Hoofdstuk 6: Livius voorbereidingen (versie 1)
Categorie: Boek > Via Nova > Boek 4
Nadat het verdrag gesloten was, namen de drielingen, zoals men overeengekomen was, de wapens. Terwijl de eigen aanhangers beide partijen aanspoorden door te zeggen dat de goden van het vaderland, (dat) het vaderland en hun ouders, (dat) al wat aan burgers thuis (en) al wat er in het leger was, op dat moment keken naar hún wapens, hún handen, gingen zij, onstuimig door zowel door eigen karakter als vol van de stemmen van de aansporenden naar voren naar het midden tussen de twee slaglinies. De twee legers waren aan beide kanten voor het legerkamp gaan zitten, meer vrij van aanwezig (direct) gevaar dan van zorg; immersde heerschappij stond op het spel, gelegen in de moed en het lot van zo weinigen. Daarom dus richtten zij opgericht en gespannen hun aandacht op het allerminst aangename schouwspel.