Hoofdstuk 8, tekst B: Een wonderkind (versie 1)
Categorie: Boek > Fortuna > Boek 1
In de slaapkamer zagen ze een groot wonder.De jongen sliep rustig, toen bovenop zijn hoofd heel veel vlammen verschenen. Nadat de slaven toesnelden en water brachten, hield de koningin hen tegen. Ze verbood iedereen de jongen op te wekken. Plotseling werd de jongen wakker en verdwenen de vlammen. De koningin begreep het wonder en nam haar man apart.
"Zie jij die jongen?, zei hij, Zijn hoofd stond in brand. Jij was bang voor de vlammen. Waarom was jij bang?".Jij zag het grote wonder! De vlammen duiden op grote roem.De jongen is opvallend. Wij moeten hem zoals onze zoon opvoeden. Daarna riep de koning het gehele personeel bijeen en zei : "Het hoofd van de jongen stond in brand, zoals jullie zelf zagen. Maar de jongen is ongedeerd. Dat is een wonder : De goden geven hem onsterfelijke roem.