Hoofdstuk 19, tekst C: Caesar neemt wraak
Categorie: Boek > Fortuna > Boek 2
Nadat deze nederlaag is gemeld, heeft Caesar erg boos uitgeroepen:
'Ik wordt toch niet door die misdadige Eburonen overwonnen? Dit kan niet worden verdragen! Voor de misdaad, die door hen begaan is, is het nodig dat deze gehele burgerij word vernietigd! Eerst zijn door Caesar bodes gestuurd naar de aangrenzende stammen. Door hen zijn alle volkeren van de Galliërs opgeroepen, om de Eburonen te plunderen. Dit deed Caesar, zodat eerder in de bossen het leven van de Galliërs dan van een Romeinse soldaat in gevaar werd gebracht. Toen deze werden bericht, kwamen meteen van alle kanten een groot aantal Galliërs bijeen. Daarna werden alle gebieden van de Ebunen geplunderd. Het verhaal dat de Eburonen zijn geplunderd en alle buit is opgeroept is ook overgebracht naar de Germanen aan de overkant van de rijn.. Zij staken de Rijn over met schepen en vlotten. Door hen is vee geroofd waarnaar de barbaren het meest begerig zijn. Daarna stuurde Caesar vele ruiters weg naar alle delen van de Eburonen, alle dorpen, alle boerderijen werden in brand gestoken, vee werd gedood, buit werd uit alle plaatsen gebracht, al het graan werd door een grote menigte lastdieren opgegeten. Op deze manier bracht Caesar de Eburonen tot vrede.