Vitae: Caligula, § 46
Tenslotte, alsof hij van plan was de oorlog tot een einde te brengen, nadat z’n leger in de slagorde was opgesteld, z’n katapulten en belegeringswerktuigen waren opgesteld en niemand wist of vermoedde wat hij nu van plan was te beginnen, beval hij plots dat we schelpjes moesten verzamelen en onze helmen en zakken moesten vullen, het ‘de buit van de Oceaan’ noemend en ‘verschuldigd aan het Capitool en de Palatijn’.