3d. Het nageslacht van Aeneas zal machtig worden (267-282)
Categorie: Boek > Examenboeken > 2007: Aeneas Vergilius
267 ‘Maar de jongen Ascanius, aan wie nu de naam van Iulus wordt toegevoegd (hij heette Ilus, zolang de Trojaanse staat in zijn koninklijke macht standhield) zal dertig jaarkringen met het voortrollen van de maanden 270 vol maken met zijn gezag, en hij zal het rijk overbrengen van de woonplaats Lavinium, en hij zal met grote inspanning Alba Longa bouwen (en versterken). Dan zal hier de volle driehonderd jaar een koninklijke heerschappij zijn onder het Trojaanse geslacht, totdat Ilia, een priesteres van koninklijke afkomst, zwanger van Mars een tweeling zal baren. 275 Vervolgens zal Romulus trots met de bruingele bedekking van de wolvin, zijn voedster, het volk overnemen en voortzetten en hij zal de muren van Mars stichten en het (volk) Romeinen noemen naar zijn eigen naam. Aan dezen stel ik noch grenzen van macht noch tijden/een periode vast: ik gaf hun een heerschappij zonder grens/einde. Ja zelfs de verbitterde Juno, 280 die nu zee, (en) aarde en hemel uit angst/met angst vermoeit/afmat, zal haar plannen ten goede keren en met mij de Romeinen koesteren, de heersers van de wereld en het in toga gehulde volk.’