Hoofdstuk 20, toetsblok
Categorie: Boek > Lingua Latina > Boek 2
Leraar: Welke Carthaagse leider heeft de Romeinen bij Cannae verslagen? Wie waren toen de leiders van het Romeinse leger?
Titus: Hannibal was de leider van de Carthagers, Varro en Paulus waren de Romeinse aanvoerders; de een is in het gevecht gestorven, de ander heeft de nederlaag overleeft.
Leraar: Door welke beesten geschrokken, vluchtten een deel van de Romeinse soldaten?
Titus: Reusachtige olifanten, die niet angstaanjagend zijn, maar omdat vele soldaten ze nooit hadden gezien, vluchtten ze met de grootste moed.
Leraar: Door welke Romeinse aanvoerder werden de Carthaagse troepen overtroffen? In welk land? In welk jaar? Welke bijnaam kreeg hij toen van de senaat?
Titus: Dat weet ik niet...