Hoofdstuk 7, opdr. 10
Categorie: Boek > Lingua Latina > Boek 1
Lucius wacht op het forum reeds vele uren op Titus. Eindelijk ziet hij zijn vriend. Met luid geschreeuw rent hij door de straten. Lucius vraagt: Wat is er? Waarom schreeuw je? Titus antwoordt: Kijk! In de brede straat ...! Maar Lucius (zegt): Wat kun je in de/die straat zien?
Ik zie niets. Dan (zegt) zijn vriend: Daar ligt een olifant.