Hoofdstuk 8, opdr. 8
Categorie: Boek > Lingua Latina > Boek 1
Op veel plaatsen in Rome zijn/staan beroemde tempels van onze goden en godinnen, zoals
van Apollo, Diana, Mars en Juno. Want mijn volk verblijdt alle goden door/met grote offers,
omdat het de toorn van de goden vreest. Mannen en vrouwen doen niets, de veldheren
en consuls niet zonder hulp van de goden. De vrouwen zijn gewend in gevaren Juno aan te
roepen, de mannen Hercules, de veldheren de vader der goden en mensen (= Jupiter). De
goden geven immers in de gevechten de overwinning, de goden letten op alles, de goden
bevrijden ongelukkige mensen van hun zorgen, de goden kunnen schurken te gronde richten.
Onder de godinnen en goden van het Romeinse volk zijn er veel, die uit landen van andere
volkeren naar Italië zijn gekomen; want door de hulp van alle goden is Rome zo groot en zo
mooi.