Hoofdstuk 32, tekst C
Zolang als in vredestijd Perikles aan het hoofd stond van de stad, leidde hij (haar) op gematigde wijze en bewaakte haar veilig, en de stad werd zeer groot. De oorzaak was dat Perikles, door aanzien en zijn oordeel machtig, en totaal onomkoopbaar
5 zijnde, het volk op een vrije manier in zijn macht had. Want hij zei niet iets tegen het volk om te plezieren, om macht te verwerven, maar had voldoende aanzien, zodat hij ook in woede iets er tegenin bracht. Zo was er in woord/theorie een democratie, maar metterdaad/in feite een heerschappij door de eerste/voornaamste man.
10 Maar toen de oorlog uitbrak, adviseerde Perikles hun omdat hij de macht van de Atheners juist had ingeschat: ‘Misschien zijn jullie in onwetendheid, Atheense mannen, wat wij moeten doen, om te overwinnen. Moge jullie vertrouwen hebben en de moed niet verliezen. Want als wij de vloot verzorgen en geen heerschappij erbij verwerven
15 noch risico lopen voor de stad, weet ik duidelijk dat wij zullen overleven!’
Het is duidelijk dat Athene niet overwonnen zou zijn, als Perikles niet door de pest was gestorven.
De latere politici deden dit alles tegenovergesteld en volgens hun eigen ambities en eigen voordeel
20 leidden ze de staat slecht; want terwijl ieder ernaar streefde de eerste te zijn, lieten ze dikwijls het bestuur aan het volk over om het te plezieren. Na de nederlaag in Sicilië en de vernietiging van de krijgsmacht en het grootste deel van de vloot, hielden de Atheners toch acht jaar stand tegen de vijand.
25 Niet eerder capituleerden ze dan dat zij zelf door hun eigen ruzies te gronde gingen.
Zo werd de heerschappij van de Atheners ten val gebracht. Als ze slechts toen de adviezen van Perikles hadden gehoorzaamd/opgevolgd, zou de stad makkelijk de Peloponnesiërs hebben overwonnen.