Hoofdstuk 20, opdracht 12 (versie 1)
Categorie: Boek > Roma > Boek 2
1. Met jou heb ik deze dingen gedaan.
2. De romeinen willen sterven voor het vaderland.
3. Wij zijn uit de senaat gevlucht.
4. Jij hebt over de vrede verteld.
5. De stad is zonder een bloedbad ingenomen.
6. Ik word van de burcht afgeweerd.
7. Jullie daalden af van de berg.