Hoofdstuk 22, taaloefening B, C, G
Categorie: Boek > Fortuna > Boek 2
B.
1 ik word beschermd
2 hij wordt bewaakt
3 zij werden omhoog gehouden
4 gegroet worden
5 wij worden verwacht
6 jullie werden belemmerd
7 verdeeld worden
8 jij wordt bang gemaakt
9 zij worden gegroet
10 hij wordt uitgenodigd
11 wij werden gewaarschuwd
12 jij werd gegroet
13 jullie worden vastgehouden
14 beeindigd worden
15 zij worden gehoord
D.
1. wij werden geroofd
2. ik was gestuurd
3. het is besteed
4. zij werden aangedreven
5. hij werd gewensd
6. het was gemeld
7. jullie werden omhoog gehouden
8 zij zijn verdragen
9 geroofd zijn
10 wij waren uitgenodigd
11 jullie zijn gehoord
12 hij werd verbruikt
13 gezonden zijn
14 jij werd uitgekozen
G.
1. Deze berichten zijn naar Caesar gezonden.
2. Het graan werd van het land naar de stad vervoerd.
3. Alle tijd was gebruikt.
4. Wij werden verwaarloosd door onze ouders.
5. Bij het legerkamp waren de barbaren geroofd.
6. Door Catilina werden grote misdaden gepleegd.
7. Ik werd door het verdriet overweldigd.
8. De nederlagen waren aan Caesar gemeld.
9. Wij werden erg geprezen door de opperbevelhebber.
10. de Sabijnse meisjes zijn geroofd door de Romeinen.