Deel 2: Plinius
Categorie: Boek > Perystilium
1) Werkvertaling: Je schrijft dat je niet in geringe mate door mijn afwezigheid geraakt wordt en dat je één troost hebt, namelijk dat je mij boekjes vasthoudt in plaats van mij en dat je ze vaak zelfs op mijn vaste plaats in huis legt. Ik vind het fijn dat je me mist, dat je rust vindt in deze troostmiddelen. Ik van mijn kant lees je brieven steeds weer en steeds weer neem ik ze ter hand als waren het nieuwe. Maar hierdoor word ik nog meer aangezet tot verlangen naar jou; want hoeveel liefelijkheid is er niet in de gesprekken met degene van wie de brieven ozoveel bekoorlijkheid (in zich) hebben! Toch moet jij zo dikwijls mogelijk schrijven, hoewel dit me zo blij maakt dat het me kwelt. Tot ziens 2) Vlotte weergave Je schrijft dat je me geweldig mist en dat jouw enige troost erin bestaan in plaats van mezelf mijn geschriftjes vast te houden en deze zelfs dikwijls te leggen op de plek waar ik normaal zou vertoeven. Het doet mij deugd dat je mijn aanwezigheid zo op prijs stelt en dat dis soort troostmiddelen je tot rust brengen; ik van mijn kant lees en herlees je brieven en telkens opnieuw neem ik ze ter hand alsof ze me pas werden bezorgd. Maar precies daardoor verlang ik nog meer jaar nou. Want wanneer een brief me zoveel genoegen schenkt, wat een feest moet het dan zijn met deze zelfde persoon te kunnen omgaan! Toch moet je zo dikwijls mogelijk schrijven, hoewel dit niet enkel vreugde brengt maar evenzeer een beproeving voor mij betekent. Het allerbeste!