Hoofdstuk 28, tekst 2
Lucius richtte zijn aandacht op de brief, die Flavus had gegeven om te lezen. Eerst, omdat zijn vader het gevraagd had, spoedig daarna omdat hij door de woorden zelf van de brief bewogen werd, las hij ze zeer ijverig. Tenslotte, toen hij de brief van Plinius en het antwoord van Trajanus gelezen had, riep hij, verzuchtend uit de grond van zijn hart: Ach, was ik er maar bij geweest, dan zou ik hem nu beter begrijpen Waarom heeft Plinius de aangeklaagden driemaal ondervraagd? Waarom heeft hij niet bevolen dat zij, wanneer zij bekenden, direkt afgevoerd moesten worden. Het Romeinse recht Lucius, is bij alle volken, in alle gebieaen, voor alle Romeinse burgers, hetzelfde. De wet brengt iedere beschuldigde de gelegenheid tot berouw. Daarom wordt hij driemaal ondervraagd, die beschuldigd wordt, driemaal wordt hem toegestaan zijn dwalingen af te zweren. Wanneer hij volhardt moet koppigheid gestraft worden. Dus als Plinius had bevolen dat de aangeklaagden terstond afgevoerd moesten worden, had hij tegen de wet gehandeld? Zo is het. Maar wie dan toch zijn de christenen Waarvan werden zij beschuldigd? Want Plinius zelf heeft geschreven dat hij niets anders gevonden had dan een kwalijk bijgeloof. De gever van deze naam was ene Christus, die in de tijd van Tiberius (14 - 37 n.Chr.) de doodstraf heeft gekregen/ter dood is gebracht. Sommigen uit het joodse volk, meen ik, vereerden hem zeer en hadden hem tot koning gekozen. Echter alleen de keizer mag iemand met koninklijke macht bekleden. Zij die een koning kiezen kunnen of voor naburige volken of voor het Romeinse rijk zelf een gevaar zijn. Deze Christus is dus gekruisigd, ter wille van het heil van het Rijk. Later echter stak de verering voor hem overal de kop op. Zeg je dat de christenen dwalen, omdat zij een ot andere misdadige mens vereren? Plinius zei al dat de christenen gedwaald hadden, omdat zij tegen de bevelen van de keizer in broederschappen hadden. AIs de wet broederschappen niet zou verbieden, zouden zij bijna dagelijks het openbaar welzijn in gevaar brengen. Bovendien doen de christenen, omdat ze weigeren tot Caesar te bidden, afbreuk aan de majesteit van de keizer. AIs een wijs man heeft Plinius besloten ofwel hun schuld ofwel hun dwaling tot op de bodem uit te zoeken. Je hebt zelf gelezen dat zij gewoon zijn voor het licht/aanbreken van de dag bijeen te komen en voor Christus als voor een god een hymne op te zeggen en zich niet verplichten tot een of andere misdaad. Daarom leek het Plinius een zaak het raadplegen van de keizer waardig. Wat denk je van het antwoord van Trajanus? Het is mij een zeer grote vreugde dat het aan de christenen wordt toegestaan vergiffenis na berouw te krijgen. De brief bevestigt dat Trajanus bekend is om zijn menselijkheid.