Hoofdstuk 19, tekst 1
Het antwoord van Trajanus
Door verschillende moeilijkheden werd de provincie Bythinie gekweld. Daarom had keizer Trajanus, die orde op zaken wilde stellen, besloten een goede gouverneur te sturen. Plinius,aan wie de keizer deze taak had toevertrouwd, ging samen met zijn echtgenote Calpurnia op weg naar de provincie. In Bythinie bezocht hij heel wat steden die om hulp hadden gevraagd. Over sommige moeilijkheden raadpleegde hij de keizer door middel van brieven. Hij weigerde in dergelijke zaken een besluit te nemen, Als hij niet een antwoord van Traianus had ontvangen. Ooit ontving Plinius een brief van Trajanus, die hij al lange tijd had verwacht.
C: Over welke zaak gaat de brief?
P: Het gaat over Nicea. Deze stad, die ik pasgeleden bezocht heb, heeft een theater, dat voor een zeer groot gedeelte afgemaakt is. Het heeft al een grote hoeveelheid geld opgeslokt. De burgers durven dat niet te voltooien, omdat er grote scheuren in de fundamenten zijn verschenen. Dus nu twijfelen de burgers om verder te gaan.
C: Wat kunnen de burgers, door wie het geld bij elkaar is gebracht, nu doen?
P: Als ze het gebouw kunnen stutten en afmaken, kunnen ze het theater veilig afbouwen, als niet, is het beter of het te verlaten of zelfs af te breken.
C: Welk advies gaf Trajanus jou?
P: Hij gaf me geen enkele voorschriften. Ik zelf, aan wie alles toevertrouwd is, moet besluiten. Dus is het voor mij eerst nodig, om een architect te raadplegen, die ervaring heeft met grotere gebouwen.
C: Het bevalt me dat de keizer, wiens mening veel waard is, vertrouwt op jou verstand. Trajanus meent zeker dat jij een zeer goed besluit kan nemen.