Tekst 9.6: Een brutale diefstal komt aan het licht
Vandaag is er thuis opnieuw iets nieuws gebeurd en ik haast me om dit te vertellen, hoewel de dingen die gebeurd zijn voor mij en Goedele allerminst aangenaam zijn. Voor het middageten roept Olbius het hele personeel samen en schreeuwt: "Owee, vrienden, vandaag is er een grote diefstal gepleegd. Een grote voorraad goudstukken van de meester en juwelen van de meesteres zijn geroofd. De woede van de meester is zeer groot. Ook de meesteres is zeer woedend omwille van de diefstal van haar juwelen. Ze verdenken Ewald. En als ze hem niet kunnen terugvinden, staan ons misschien, zijn medeslaven, niet kleine straffen te wachten." Wanneer wij, in paniek door dit bericht, Olbius verder ondervragen vertelt hij ook het volgende:"Tussen de vensters van de eetkamer, zoals jullie allen weten, staat een grote en sterke kist. Deze bevat het goud van de meester en de juwelen van de meesteres, of liever, bevatte, want de bodem van de kist is uitgezaagd en dat wat ze bevatte is gestolen. De meester toont me de uitgezaagde bodem van de kist en schreeuwt vol van woede:"De reden van Ewalds' vlucht is zo toch wel duidelijk? Er kan geen twijfel meer zijn: die gemene is de dief van mijn goud en van de juwelen van jouw meesteres. Als wij hem vinden, staat hem het kruis te wachten! Natuurlijk, vrienden, staat de schuld van Ewald nog niet vast, maar zijn vlucht is in elk geval zeer verdacht omwille van deze diefstal." Dit zijn bijna de dingen die Olbius vertelt en ik haast me in paniek naar ons kamertje en daar denk ik bij mezelf:De bodem van de kist is uitgezaagd...dat rare geluid:rrrr, rrrr, was dus het geluid van een zaag...