Les 4, oefening 7
1 Maak ons los en red ons
2 Wij bewaken jullie goed, opdat jullie niet meer vluchten
3 Als jullie ons niet dwingen, gaan wij niet
4 Laten wij ons verheugen: zij verzorgen ons immers goed
5 Wat verschaffen jullie mij nu?
6 Belet mij niet te gaan.
7 Poseidon belet ons je te redden
8 Wij bevelen je niet te vluchten
9 Ik vertrouw je niet altijd
10 Zij moeten dikwijls offeren
11 Wie zendt jullie? opdat jullie ons over tuigen?
12 Bewonder mij niet alleen, maar luister ook naar mij
13 Waarom bewaak je ons altijd, vertrouw je ons niet?
14 Hij overtuigt ons niet alleen te gaan, maar dwingt ons ook
15 Verheug je (wordt gebruikt als groet; vgl het latijnse salve)