Tekst 2.6: Over Arachne (p. 37)
Deze mythe gaat over Arachne, een Lydisch meisje, weliswaar arm, maar bekwaam zeer mooie klederen te weven. Dankzij die vaardigheid heeft ze dan ook na een tijdje een zeer grote faam. Zeer veel rijke handelaars bewonderen haar werken en verlangen ze op te kopen. Zo is Arachne dus tenslotte niet alleen erg beroemd, maar ook steenrijk. Maar door haar roem en rijkdom is ze hoogmoedig tegenover haar vroegere vriendinnen; en deze laten haar in de steek. Maar niet alleen tegenover de mensen, maar ook tegenover de goden toont zij haar hoogmoed, vooral tegenover Athena, de godin van de vaardigheden. Want dikwijls zegt ze dat haar eigen vaardigheid die van de godin overtreft en daagt ze haar uit voor een wedstrijd. Maar Athena hoort dat en tenslotte verdraagt ze de hoogmoed van het meisje niet meer. Ze daalt dus van de Olympus af naar het huis van Arachne. Eerst verandert ze zich in een oud vrouwtje, zodat het meisje niet vermoedt dat ze een godin is. Wanneer ze dus in haar huis aangekomen is, beveelt ze haar wijzer te spreken. Zij luistert echter niet, integendeel: ze beledigt veeleer het oude vrouwtje en opnieuw daagt ze de godin uit voor een wedstrijd. Maar dan toont de godin zich (in haar ware gedaante) en zegt dat ze klaar is voor de wedstrijd. Beiden gaan dus zitten en weven een zeer mooi kleed. Wanneer Arachne haar eigen werk af vindt, kijkt ze naar het werk van de godin. En dadelijk ziet ze dat het kleed van Athena echt een goddelijk werk is en veel mooier dan haar eigen werk. Uit schaamte en woede wil ze dus zelfmoord plegen, maar de godin belet dat. Ze verandert haar in een spin en beveelt haar voor altijd te weven.