Hoofdstuk 9 Sokrates 2F: Gesprek met de doden
Immers voor mij speciaal zou een tijdsverdrijf daar bewonderingswaardig zijn, wanneer is Palamedes en Ajax zoon van talamon en ieder ander van de ouden die door een onrechtvaardig vonnis gestorven is zou ontmoeten, terwijl ik mijn eigen lotgevallen vergelijk met die van hun –zoals ik meen, het niet onaardig zou zijn- en het mooiste is om mijn tijd te besteden met de mensen van daarginds te onderzoeken en te ondervragen zoals ik de mensen van hier ondervroeg, wie van hen wijs is en wie meent wijs te zijn, en het niet is. Heren rechters, hoeveel zou men ervoor over hebben om te onderzoeken diegene die het grote leger naar Troje geleidt heeft of Odysseus of Sisyfos of hoeveel andere mannen en vrouwen zou men kunnen noemen. Met wie het daar te converseren samen te zijn en wie te ondervragen een buitengewone hoeveelheid geluk zou zijn. De mensen van daarginds doodden absoluut niet daarom zou ik zeggen. Want in andere dingen zijn de mensen van daar gelukkiger dan de mensen van hier en van nu af voor de rest van de tijd zijn ze onsterfelijk, wanneer tenminste het gezegde waar is.