Hoofdstuk 6 Archilochos 1J: De omgekeerde wereld
Van de dingen is niets onverhoopt of onder ede onmogelijk geacht of verbazingwekkend, toen/aangezien Zeus, vader van de Olympiërs, uit de middag de nacht plaatste/neerzette, nadat hij het licht van de stralende zon verborgen had; een verderfelijke angst heeft de mensen (toen) overvallen. Sindsdien dan ook is alles geloofwaardig en te verwachten voor de mensen. Niemand van jullie moet zich, wanneer hij dit ziet, langer verwonderen, zelfs niet wanneer de wilde dieren in plaats van de dolfijnen de verblijfplaats van de zee zullen innemen en wanneer voor hen de
bruisende golven van de zee aangenamer zullen zijn dan het vasteland, en voor hen het bosrijke gebergte ...