Tekst 3.5: Icarus gaat zijn eigen weg
En reeds was het aan Juno gewijde Samos aan de linkerkant – zowel Delos als Pares waren achtergelaten – aan de rechterkant was Lebinthos en het honingrijke Calymne, toen de jongen zich begon te verheugen over de stoutmoedige vlucht, en zijn leider verliet, en zijn tocht hoger voerde, getrokken door verlangen naar de hemel: de nabijheid van de verzengende zon maakte de geurende bijenwas, die de veren verbond, zacht. De was was gesmolten. Hij slaat met zijn naakte bovenarmen en, zijn roeispaan missend, vangt hij geen enkele lucht meer, en de naam van zijn vader roepend, werd zijn gezicht opgevangen door het blauwgroene water, dat zijn naam heeft ontleend aan hem.