Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Pallas > Druk 2: boek 2

Hoofdstuk 31, tekst B

Toen Xerxes terugreizend vanaf Athene in Eïon aankwam, reisde hij vandaar niet meer over land, maar vertrouwde zijn leger toe aan aanvoerder Hydarnes om naar de Hellespont terug te brengen, en zelf begon hij op een Phoenicisch schip te varen naar Azië.
5 Toen hij voer, overvielen een grote wind/stormwind en hoge golven hem. Er was groot gevaar, omdat het schip vol was met Perzen die samen met Xerxes aan boord waren gegaan. Toen vroeg de koning, vrezend voor zijn leven, schreeuwend (aan) de stuurman of er voor hen enige redding zou zijn. Hij sprak: ‘Heer,
10 er zou geen enkele redding kunnen zijn, als er niét een verwijdering van die vele passagiers zou zijn/
plaatsvinden.’ En ze zeiden dat Xerxes dit gehoord hebbend zei: ‘Perzische mannen, als jullie je zouden bekommeren om je koning, zouden jullie nu jullie
vriendschap kunnen tonen; want het is duidelijk dat voor mij/mijn de redding van jullie afhangt.’
15 Onmiddellijk springen de Perzen, op hun knieën vallend in zee en het schip, lichtergemaakt, kwam zo veilig in Azië aan. Zodra als Xerxes eruit was gegaan aan land, deed hij dergelijke dingen: hij beloonde de stuurman met een gouden krans,
20 omdat hij het leven van de koning had gered, maar omdat hij velen der Perzen had omgebracht, hakte hij zijn hoofd af.

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.243

Nieuw afgelopen maand: 15

Gewijzigd afgelopen maand: 26