Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Examenboeken > 2011: Vergilius

Aen. VI, 56-68 - Aen. VI, 69-76 - Aen. VI, 81-97

Aen. VI, 56-68
“Phoebus, (u) die altijd medelijden had met de zware ellende van Troje,
(u) die de Trojaanse pijl(en) en hand(en) van Paris richtte
op het lichaam van Achilles / Aeacos’ kleinzoon, onder uw leiding heb
ik zovele zeeën bevaren die grote landen omgeven en de ver weg gelegen
volkeren van de Massyliërs en de kusten die gelegen zijn voor de Syrten:
nu toch eindelijk bereiken wij de (steeds) terugwijkende kusten van Italië.
Moge tot hier toe het Trojaanse lot (ons) gevolgd hebben;
het is geoorloofd dat ook u eindelijk het Trojaanse volk spaart,
alle goden en godinnen, voor wie Troje en de geweldige roem
van Troje een doorn in het oog zijn. En u, o zeer heilige profetes,
die de toekomst van te voren weet, vergun het (ik vraag om een heerschappij
die mij door mijn lot zeer toekomt) dat de Trojanen zich in Latium vestigen
en de (rond)zwervende goden en de opgejaagde goddelijke machten van Troje.

Aen. VI, 69-76
“Dan zal ik voor Phoebus en voor Trivia/Hecate uit massief marmer een tempel
oprichten en feestdagen, naar Phoebus genoemd, instellen.
Ook u wacht een grote cella in mijn/ons rijk:
want hier zal ik uw orakels en geheime lotsbepalingen
die aan mijn volk verteld zijn plaatsen/opbergen, en ik zal geselecteerde mannen,
Goedgunstige, tot priester wijden. Vertrouw uw orakelspreuken niet slechts aan
boombladeren toe, om te voorkomen dat ze, in verwarring gebracht, als speelballen
voor de snelle winden wegvliegen; ik smeek dat u zelf zingt.” Hij beëindigde het
spreken met zijn mond. Maar de profetes, nog niet in de ban van Apollo,
loopt als een razende rond in de grot om te zien of ze in staat is de grote godheid van
haar hart af te werpen; des te meer put hij haar uit terwijl hij haar schuimende mond,
haar wilde hart bedwingt, en hij dresseert haar door haar in te tomen.

Aen. VI, 81-97
En eindelijk zijn de honderd enorme openingen van het huis uit zichzelf opengegaan
en ze brengen de antwoorden van de profetes door de lucht:
“O gij die eindelijk de grote gevaren van de zee doorstaan hebt
(maar te land wachten jou zwaardere), in het rijk van Lavinium
zullen de Trojanen (wel degelijk) komen (verban deze zorg uit je hart),
maar ze zullen er ook spijt van hebben dat ze gekomen zijn. Oorlogen, huivering-
wekkende oorlogen, en de Tiber die schuimt door/met het vele bloed zie ik.
Noch de Simoeis noch de Xanthus noch het Griekse legerkamp zullen voor jou
ontbreken; reeds is in Latium een tweede Achilles gebaard / ter wereld gebracht,
ook zelf geboren uit een godin; noch zal Juno die de Trojanen op de huid zit
ergens afwezig zijn, wanneer jij als smekeling in behoeftige omstandigheden
alle volkeren van de Italiërs of alle steden (van de Italiërs) zult hebben gesmeekt!
De oorzaak van zoveel ellende zal wederom een buitenlandse echtgenote voor de
Trojanen zijn en wederom een huwelijk met een buitenlandse.
Jij moet niet wijken voor rampspoed, maar je moet des te dapperder (daarheen) gaan
waarlangs jouw Lot jou zal laten (gaan). De eerste weg van/naar redding/behoud
(wat je allerminst denkt / verwacht) zal zich vanaf een Griekse stad openen.”

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.243

Nieuw afgelopen maand: 15

Gewijzigd afgelopen maand: 26