Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Examenboeken > 2004: Vita Activa

Hoofdstuk 4-1, Tekst A: Cum dignitate otium (98)

Wat is dus voor ogen gesteld aan deze bestuurders van de staat, wat zij in het oog moeten houden en waarop zij hun koers moeten richten? Dat, wat het voortreffelijkste en en het meest wenselijke is voor alle gezonden en goeden en gelukkigen: een ambteloos leven met aanzien. Zij, die dit willen, worden allen beschouwd als zeer goede mensen (optimates), zij, die dit tot stand brengen, als de hoogste mannen en de beschermers van de staat; het is noch passend/goed immers dat mensen zich door het aanzien van het uitoefenen van ambten zo laten meeslepen, dat zij niet vooruitkijken naar (hun) ambteloos leven, noch dat enig ambteloos leven zo omarmd wordt dat het strijdig is met hun aanzien.
Van dit aanzien zonder ambt/publieke functie echter zijn dit de fundamenten, dit de (vormende) delen, die door de leiders beschermd (moeten worden) en zelf met gevaar voor hun leven verdedigd moeten worden: godsdienstige plechtigheden, raadplegen van voortekenen, bevoegdheden van magistraten, het gezag van de senaat, wetten, gewoonte(recht) van de voorouders, rechterlijke oordelen, rechtspraak, onze provincies, bondgenoten, roem van het rijk, het krijgswezen, de schatkist.

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.243

Nieuw afgelopen maand: 15

Gewijzigd afgelopen maand: 26