Hoofdstuk 7, tekst 19: Het bewijs van haar liefde (83)
Categorie: Boek > Fortuna > Boek 3
Lesbia zegt tegen mij in aanwezigheid van haar man veel slechte dingen: dat is voor die dwaas de grootste vreugde. Stommeling, merk je niets. Als zij zou zwijgen, mij vergetend, dan zou zij gezond zijn; maar nu omdat ze keft en scheldt, denkt ze niet alleen aan mij, maar, wat veel sterker is, ze is buiten zinnen: dat betekent, ze brandt en zo praat ze.