Hoofdstuk 13, tekst C: Ajax' laatste daad (versie 2)
Categorie: Boek > Pallas > Druk 3: boek 1
1.Ajax, de sterkste van alle Grieken, zat in zijn tent
2.en huilde luid: want de grootse schande beheerste hem,
3.omdat hij de schapen in plaats van de legerleiders doodde:
4.''Waarom doodde ik de schapen, maar niet alle legerleiders?''
5.''Ik was de wapenrusting waard: Ik ben niet zwakker dan Odysseus!''
6.En Tekmessa, de geliefde slavin van Ajax,
7.kwam naar de tent en keek naar de man.
8.''Zij zei het volgende: ''Ajax, wat doe jij? Waarom huil je eigenlijk?
9.Je doet jezelf zo alleen maar meer verdriet!''
10.Maar Ajax huilde en zei niets.
11.Plotseling pakt de held het zwaard en
12.zette het vast in de aarde: Tekmessa riep uit:
13.''Doe geen slechte daad, Ajax! Jij bent zeer geliefd voor mij
14.en de beste. Doe dit niet: want jij bent niet bij je verstand.''
15.De slavin snelde toe, maar was al te laat.
16.Want Ajax worp zichzelf in het zwaard.
17.Op die manier sterft de grote held, de beste na Achilles,
18.sterker dan alle andere Grieken.