Tekst 15: Matrona (versie 1)
Categorie: Boek > SPQR > Versie 1
MOEDER: Gegroet, mijn dochter! Ik ben blij je te zien in je nieuwe woning. Acht dagen geleden hebben we jullie trouwdag gevierd. Het bevalt je toch zeker wel om de echtgenote van Lucius Caecilius Longus te zijn?
DOCHTER: Ik ben blij en tevreden. Mijn Lucius heeft niet veel geld en ook geen lange rij slaven, maar hij houdt zeer van me, zoals ik van hem houd. Daarom zijn we tevreden genoeg in ons kleine huis.
MOEDER: Een nieuw leven begint voor jou. Wij, de Romeinse matrona's, besturen het huis van onze echtgenoot en voeden onze kinderen op.
DOCHTER: Kinderen? Onzin! Wij hebben geen kinderen.
MOEDER: Jullie hebben nog geen kinderen. Maar geloof mij, na helemaal geen lange tijd zal er een kleine Caecilius of een kleine Caecilia in jullie huis zijn. Kinderen opvoeden is de taak van een goede echtgenote. Houd altijd het grote voorbeeld van Cornelia in je herinnering: Ooit bezocht een vriendin Cornelia. Die vriendin had mooie juwelen en toonde ze aan Cornelia. Cornelia leidde haar naar een plek waar kinderen speelden. Ze zei: "Kijk, Tiberius, Gaius en kleine Sempronia zijn mijn juwelen."
DOCHTER: Je vertellt altijd oude fabels! Het voorbeeld van Cornelia maakt me bang, want de ongelukkige vrouw verloor veel kinderen door de dood. De grote liefde tussen Cornelia en Sempronius bevalt me. Sempronius zag immers ooit twee slangen in zijn bed liggen, een mannetje en een vrouwtje. Hij raadpleegde een waarzegger. De waarzegger antwoordde: "Slangen kondigen de dood aan. Het slangen vrouwtje kondigt de dood van je vrouw aan, het mannetje de jouwe. Je moet een slang doden. Het is je echter toegestaan om een besluit te nemen over jouw dood of de dood van je echtgenote." Sempronius doodde het mannetje: zo gaf hij zijn leven voor zijn geliefde echtgenote.