15, Aankomst op de maan
Categorie: Boek > Basis
Rond de middag woedde een wervelstorm rondom het schip, en tilde ons op naar de hemel. Wind viel op de zeilen, en droeg het schip zeven dagen en evenveel nachten. De achtste dag zagen wij ‘n groot eiland in de hemel, dat erg schitterend was. Dus naderden wij het en we gingen voor anker. We bekeken het land, en vervolgens zagen we huizen en akkers. Toen hoorde ik inderdaad een vreselijk lawaai en ik vroeg: "Wat is dat lawaai dat ik hoor?" Daar zie ik de Gierruiters. Dat zijn mannen die zitten op grote gieren, zoals op paarden. De Gierruiters namen ons gevangen en brachten ons naar de aanvoerder. Hij ziet onze kleding en zegt: "Jullie lijken mij Grieken te zijn, vreemdelingen. Hoe komen jullie dan hier?" En wij vertelden het verhaal van onze reis. En hij sprak: "Mijn naam is Endymion. Dit eiland is de maan, die jullie in de hemel zien. Ik voer oorlog met de mannen, die de zon bewonen, Maar hebt moed, want er is geen gevaar." En we vroegen: "Wie is hun aanvoerder en wat is de oorzaak van deze oorlog?" En Endymion zei: "Faëthon, die de aanvoerder is van de mensen die de zon bewonen, voert al een lange tijd oorlog met ons. En de oorzaak van dat is dit: Ooit bracht ik de armen uit mijn rijk samen, en ik verlangde naar een kolonie te stichten op Venus, die verlaten is. Nu was Faëthon jaloers en belemmerde het stichten van de kolonie. Want hij stuurde de Mierruiters, en dat zijn soldaten, die zitten op grote mieren, en zo oorlog voeren. En de Mierruiters overwonnen ons. Nu is het tijd voor een 2e oorlog. Help mij dus en neemt deel aan de oorlog.